Sporters onder de loep
Hoe voorkom je eetstoornissen bij judoka’s, het overtrainen van jonge topsporters en de veelvoorkomende enkelblessure? Deze en andere vragen werden door het VUmc, UMC Groningen, UMC Utrecht en Maastricht UMC+ onderzocht in het kader van het ZonMw-programma Sport, Bewegen en Gezondheid. MedZine zette enkele resultaten uit de slotpublicatie op een rijtje.
Extreem afvallen
Maar liefst 75 procent van de wedstrijdjudoka’s blijkt in
korte tijd meerdere kilo’s af te vallen om in de gewenste gewichtsklasse uit te
komen. Dit begint al op jonge leeftijd en leidt vaak tot een obsessie met eten,
soms in combinatie met extreme methoden zoals laxeermiddelen en braken. Om deze
ontwikkelingen te voorkomen gaat de judobond nu aan de slag met aanbevelingen voor
effectieve preventie- en voorlichtingsstrategieën, geformuleerd door sportarts en
voormalige judoka Jessica van Gal.
Sporten tegen diabetes
Luc van Loon van het Maastricht UMC+ onderzocht wat voor oefeningen type 2 diabetespatiënten
het best kunnen doen om hyperglycemie te verminderen. Een half uur kracht- of
duurinspanning bleken hiervoor even effectief met een bloedsuikerdaling van wel
35 procent gedurende 24 uur. Een uur lang oefenen verlaagde de bloedsuikerwaarden
zelfs gedurende twee dagen. Deze aanpak blijkt trouwens ook te werken voor mensen
met een verhoogd risico op het ontwikkelen van type 2 diabetes.
Verzwikte enkels
Dr. Evert Verhagen van het VUmc onderzocht de behandeling en
preventie van enkelblessures. Bij volleyballers keek hij of het herstel van een
verstuikte enkel kan worden bevorderd door gerichte balanstraining van de
spieren die het enkelgewricht stabiliseren. “Als je je enkel verstuikt, is de
kans dat het binnen een jaar weer gebeurt twee keer hoger dan normaal. Wij
hebben laten zien dat onze balanstraining die kans weer terugbrengt naar normaal.
Maar het werkt alleen als je echt acht weken traint. Een weekje of drie is niet
genoeg.”
Overbelasting jonge
atleten
Korte periodes
van overbelasting zijn nodig om uiteindelijk beter te presteren, maar er moet
wel voldoende ruimte zijn om te herstellen. Veel sporters gaan echter juist
harder trainen als de prestaties minder worden met als gevolg een overtrainingssyndroom.
Herstel hiervan kan wel twee jaar duren. Door atleten langdurig te monitoren met
vragenlijsten kon overbelasting al één a twee maanden van tevoren worden
voorspeld, volgens projectleider Koen Lemmink van de Rijksuniversiteit
Groningen. Toepassing van deze monitoring moet overbelasting bij
topsporters helpen voorkomen.
Bron: ZonMw
MedZine schrijft twee keer per week over spraakmakende wetenschap.