Het officiële MedZine Blog

Achtergrond bij het medisch nieuws

“Er moet respectvol met stamceldonoren worden omgegaan”

“Er moet respectvol met stamceldonoren worden omgegaan”

Het aantal indicaties voor stamceltransplantatie is de laatste jaren sterk toegenomen, met als gevolg een stijgende vraag naar stamceldonoren. Maar waarom gelden voor anonieme donoren niet dezelfde regels als voor familiedonoren? En hoe kun je op de beste manier een onverwante donor zoeken? MedZine sprak hierover met dr. Anne-Marie van Walraven, die op 28 januari 2015 haar proefschrift ‘Focus on the Donor: Aspects of Stem Cell Donation and the Donor Search Process’ verdedigde aan de Universiteit Leiden. Het proefschrift is te lezen in de YourThesis-app.

Hematopoietische stamceltransplantatie (HSCT) kan worden gebruikt voor de behandeling van hematologische maligniteiten, afwijkingen van het bloed en afweer- en stofwisselingsstoornissen. De toepassingen voor HSCT volgen elkaar in rap tempo op, met als gevolg een grotere vraag aan donoren. Dat maakt het lastiger om geschikte kandidaten te vinden. In haar proefschrift belicht dr. Anne-Marie van Walraven de ervaringen van stamceldonatie door onverwante en verwante donoren. Ook beschrijft ze de verschillende aspecten van de zorg voor de donor en het proces van het zoeken naar een donor.

Familiedonoren
Bij stamceldonatie wordt in veel gevallen een beroep gedaan op de familie omdat de weefseltypering tussen donor en ontvanger dan beter overeenkomt. Deze verwante donoren hebben echter niet altijd dezelfde rechten als anonieme donoren. “Toen ik in 1991 op de polikliniek Kindergeneeskunde ging werken, werd ik geconfronteerd met kinderen die donor waren voor hun broertje of zusje”, vertelt Van Walraven. “Ik vroeg me meteen af hoe je uitlegt aan een kind dat hij een nare behandeling moet ondergaan, terwijl hij zelf niet ziek is.” Later kwam ze in aanraking met volwassen donoren, die ook hun stamcellen af zouden staan aan een familielid. Bij zowel kinderen als volwassenen bleek weinig rekening gehouden te worden met de wensen van de donor. In haar dissertatie pleit Van Walraven daarom voor het respectvol omgaan met verwante donoren: volgens haar werd – en wordt vaak nog steeds – aangenomen dat er geen bezwaar voor donatie is omdat het om familie gaat. Dat vindt zij onterecht: “Met zo’n aanname kun je nooit iemand een eerlijke keus geven. Als men ervan uitgaat dat jij als familielid toch wel doneert, zeg jij dan nog nee?”

Bloedbanken
Eén van de manieren om in te spelen op de groeiende vraag naar stamceldonoren is het invriezen van celmateriaal uit navelstrengbloed. Dat gebeurt op dit moment bij zowel publieke als privébloedbanken, maar volgens Van Walraven moet het invriezen van deze units beter worden gecoördineerd. Zo zou het tekort aan stamcellen van mensen met een niet-Noordwest-Europese achtergrond kunnen worden verkleind door gerichter te werven, en zouden privébloedbanken moeten stoppen met het werven van ouders die navelstrengbloed laten opslaan, voor het geval dat hun kind of een familielid het op latere leeftijd nodig heeft. “Jonge ouders betalen een hoop geld voor iets waarvoor geen evidence bestaat, alleen omdat ze het allerbeste willen voor hun kind”, stelt ze. Bij Europese bloedbanken ligt daarnaast over het algemeen veel gelijksoortig materiaal opgeslagen. Daarnaast is het aanbod bij privébloedbanken veel groter dan bij de publieke, vrij toegankelijke, bloedbanken. Van Walraven: “Dat heeft als gevolg dat er nog steeds patiënten zijn die niet geholpen kunnen worden.” De sleutel voor dit probleem ligt volgens haar op Europees niveau. “Er moet qua werving meer worden samengewerkt tussen Europese bloedbanken en er moet zinniger met materiaal worden omgesprongen.”

Het volledige proefschrift van Anne-Marie van Walraven is te lezen in de YourThesis-app.


Lees hier meer testimonials van HCP-ers en adverteerders

Volg ons